De automatisering van de koppeling tussen de regionale knooppuntnetwerkdata en de Routedatabank gaat de laatste fase in. We blikken terug en vooruit op de gemaakte stappen en komende plannen. Routemedewerker Pim de Kok, die nauw bij het project betrokken is, vertelt.
Voor wie het nog niet weet, wat houdt de automatisering precies in?
‘De Netwerkmaker is een doorontwikkeling van een slim stuk software waarvan de basis samen met Wandelnet en onze softwarepartner Irias is ontwikkeld. De tool automatiseert het grootste deel van de handmatige handelingen die nodig waren om regionale knooppuntnetwerkdata te ontsluiten in de landelijke Routedatabank. Wijzigingen kunnen daardoor sneller en efficiënter worden doorgevoerd.’
Wat is het grootste voordeel van de automatisering?
‘De actualiteit. Twee jaar geleden liep de Routedatabank soms maanden achter op de werkelijke situatie in het regionale knooppuntennetwerk. Nu is de Routedatabank veel actueler en dat wordt alleen nog maar beter. Die actualiteit is belangrijk voor fietsers die navigatie-apps gebruiken die op de Routedatabank zijn gebaseerd. Voor Fietsplatform is het voordeel dat we regionale wijzigingen niet langer handmatig hoeven te verwerken. Dat kostte veel tijd en was foutgevoelig.’
Welke fasen kent de uitrol?
‘Groningen, Friesland, Drenthe en Utrecht (fase 1) zijn sinds april aangesloten op de Routedatabank. Fase 2 en 3 – de oostelijke en westelijke provincies – worden momenteel aangesloten. Eind september vond de kick-off plaats voor de zuidelijke provincies (fase 4). Projectleider John van Echtelt is intensief bezig geweest om de regio’s door de implementatie heen te leiden en enthousiast en betrokken te houden. Het succes van het project zit in gezamenlijke inspanning. We werken samen aan hetzelfde doel; veiliger en aantrekkelijker fietsen. We streven ernaar de uitrol in 2025 af te ronden.’
Welke uitdagingen komen naar voren?
‘De provincies gebruiken verschillende systemen om hun knooppuntnetwerkdata te beheren. Deze hebben allemaal hun eigen uitdagingen. Zo kan vanuit C-tip de data via een API direct binnengehaald worden in de Netwerkmaker, terwijl bij andere systemen een shapefile kan worden geüpload.’
Zou het niet eenvoudiger zijn als iedereen hetzelfde systeem gebruikt?
‘Fietsplatform schrijft geen systeem voor; dat bepaalt elke regio zelf. Achter elke keuze voor een routedatasysteem zitten namelijk regionale, functionele, organisatorische en financiële overwegingen. Onze missie is dat de data, ongeacht het bronsysteem, correct en uniform in de landelijke Routedatabank terechtkomen.’
Wat bleek de grootste moeilijkheid tijdens de uitrol?
‘De koppeling van routelijnen die regiogrenzen oversteken is complex. Als beide regio’s lijnen intekenen, weet Netwerkmaker niet altijd welke leidend is. In fase 1 is hiervoor een werkbare aanpak gevonden: per grens zijn nu duidelijke afspraken gemaakt. Een landelijke standaard bleek niet haalbaar, omdat er tussen de regio’s vaak al onderlinge afspraken bestaan. Inmiddels werken we met twee varianten, wat goed functioneert.’
Spelen er nog andere uitdagingen?
‘De aangeleverde data zijn nog niet altijd consistent genoeg. Netwerkmaker controleert de ingevoerde data en geeft vervolgens fouten en waarschuwingen af. Die moeten we aan de bron of handmatig in Netwerkmaker oplossen. We laten regio’s zien hoe deze fouten en waarschuwingen ontstaan en hoe ze de data consistenter kunnen invoeren. Hierdoor krijg je een leereffect, waardoor de handmatige aanpassingen steeds minder tijd gaan kosten.’
Wat is de rol van Fietsplatform in dit proces?
‘Fietsplatform bewaakt de consistentie en zorgt voor een soepele datastroom. Op dit moment verzamelen, analyseren en corrigeren we maandelijks in samenwerking met Irias, Centroide en de regio’s de inconsistenties. Die maandelijkse cyclus zorgt voor structuur en ondersteunt het leerproces van de provincies. Op de wensenlijst voor 2026 staat een feedbackmechanisme, waarmee gebruikers directer feedback krijgen bij invoerfouten. Tot die tijd ben ik die “vleesgeworden functionaliteit”.’
Wanneer kan de frequentie worden verhoogd?
‘Zodra alle regio’s die aangesloten kúnnen worden zijn aangesloten, de hoeveelheid handmatige correcties omlaag gaat en de ontwikkeling bij leverancier Irias is afgerond. Kortom: als het proces stabiel draait.’
Is realtime verwerking in de toekomst mogelijk?
‘Volledig realtime, dus binnen enkele seconden, is voorlopig niet haalbaar – en eigenlijk ook niet nodig. Veel afnemers verversen hun data maandelijks of zelfs jaarlijks, en regio’s voeren maar enkele tientallen mutaties per jaar door. Een verwerkingstijd van twee à drie werkdagen is realistisch en wenselijk. Controle blijft nodig, maar zal sneller gaan naarmate iedereen beter weet hoe routes moeten worden ingetekend.’
Hoe ziet de toekomst er verder uit?
‘Als de uitrol is voltooid, verschuift de aandacht naar het opdoen van ervaring met de Netwerkmaker en het verbeteren van de dataconsistentie. Met het invoeren van het feedbackmechanisme willen we vanaf 2026 de updatefrequentie gaan verhogen. Fietsplatform blijft ondersteuning bieden aan regio’s die nog onvoldoende kennis of capaciteit hebben om de data correct in te voeren.’
