Onderzoekscijfers over Nederland en de provincies gebundeld en vergeleken

PERSBERICHT – Het recreatieve fietsen zit al jaren in de lift: we fietsen vaker, langer en verder. Maar hoe vaak, hoe veel en hoe ver eigenlijk? En wat zijn de effecten? Voor het eerst wordt in het zojuist verschenen Kennisrapport Recreatief fietsen onderscheid gemaakt tussen landelijke en provinciale onderzoekcijfers. Fietsplatform spreekt van een unieke mogelijkheid om te benchmarken. Zo stappen Limburgers met 71% minder dan gemiddeld in Nederland (76%) op de fiets voor een recreatieve tocht. De inwoners van Friesland fietsen het vaakst voor het plezier (82%).

Fietsvakantiegedrag

Het rapport geeft ook een inkijk in het verschil in fietsvakantiegedrag. Inwoners van Overijssel, Zeeland en Noord-Holland ondernemen relatief vaak fietsstandplaatsvakanties in eigen land. Daarentegen maken de inwoners van Zuid-Holland, Gelderland en Flevoland relatief vaak trektochten van overnachtingsadres naar overnachtingsadres in Nederland. De populairste provincies voor een fietsstandplaatsvakantie zijn Gelderland (marktaandeel van 17,6%), Drenthe (13,1%) en Overijssel (10,3%). Ruim een vijfde (22%) van de fietstrektochten gaat (voor een deel) door Gelderland, 16% door Overijssel en 15% door Noord-Holland en Drenthe.

“De gegevens uit het rapport zijn helpend bij de doorontwikkeling van recreatief fietsbeleid en fietsproducten. Zo kunnen provincies aan de slag met de genoemde verbeterpunten om het fietsen voor het plezier te bevorderen.”

Eric Nijland, directeur Fietsplatform

Herkomst recreatieve fietser

Veel vrijetijdsactiviteiten worden in de eigen omgeving ondernomen. Fietsen
is daarop geen uitzondering. Van de fietsers die doorgaans in Drenthe, Gelderland of Zeeland fietsen, komt een relatief groot deel uit een andere provincie. Voor Zuid-Holland, Noord-Holland, Flevoland, Groningen en Limburg geldt dat de herkomst vooral in de eigen provincie ligt.

Over het Kennisrapport Recreatief fietsen

Het rapport belicht onder andere het profiel van de fietser, fietsvakanties, de effecten en de waardering van verschillende aspecten van fietsen. Er is gebruik gemaakt van de meeste recente beschikbare bronnen. Zo zijn ook de nieuwe cijfers van het Onderzoek Inkomend Dagbezoek (OID) en het Onderzoek Inkomend Toerisme (OIT) verwerkt. Tabellen en grafieken tonen zowel de Nederlandse cijfers als die van de individuele provincies. De kerncijfers uit het rapport staan in een losse factsheet.

Meer kennisdeling

In de rapportage staan veel fietscijfers toegelicht. Maar welke onderzoeken liggen hieraan ten grondslag? En welke landelijke onderzoeken zijn er überhaupt met betrekking tot recreatief fietsen? Eerder dit jaar publiceerde Fietsplatform het document Kennisdata Recreatief fietsen voor een actueel overzicht. Zodra er een nieuw onderzoek of update is, verschijnt een actualisatie van de uitgave.

Het rapport en factsheet staan op deze site bij Fietsen in Cijfers.

Vergelijkbare berichten